Website vergroten/verkleinen: cltr-knop + scrollen
Poetsen van het paard
| Algemeen | ||
|
Een paard die op stal staat moet iedere dag gepoetst worden. Paarden die in de wei staan hoeven niet dagelijks gepoetst te worden, tenzij er dagelijks mee getraind wordt. Paarden die veel of altijd buiten staan hebben, vooral in de winter, een talglaag nodig om de huid te beschermen tegen weersinvloeden. Was daarom deze paarden niet en poets hen ook niet te intensief. Je paard wordt in ieder geval gepoetst: • als hij alle dagen op stal staat • in geval van mest en/of zweet in de vacht • voor het opzadelen • voor een show of wedstrijd • voordat je je paard gaat wassen |
||
terug naar boven
| Doel | ||
|
• verwijderen van vuil, mest en zweet • loszittend haar en dode huidcellen verwijderen • voorkomen schuurplekken onder zadel en hoofdstel veroorzaakt door vuil • goed voor de bloedsomloop • inspectie op gezondheid • controle van de hoefijzers • aanvoelen gemoedstoestand van je paard • vergroten van de band met je paard • gezond houden van de huid • bevorderen van de glans |
||
terug naar boven
| Inhoud poetskoffer | |||
|
• hoevenkrabber met borstel • 2 sponsen van verschillende kleur • rubberen rosborstel • harde borstel • zachte borstel • manenkam Eventueel • borsteltje voor het hoofd • glansborstel • zweetmes • een schaar met stompe punten • doeken of schapenwol • poetsblokje • manen en staartspray (anti-klit) • glansspray • hoefvet of hoefolie en hoefteer • vliegenspray |
|||
|
Was uw poetsgerei regelmatig uit, met paardenshampoo en betadine-shampoo in een warm sopje. Laat de borstels goed drogen. Ieder paard heeft zijn eigen borstelset om besmetting van bepaalde huidaandoeningen te voorkomen. Gebruik eventueel verschillende kleuren borstels (een kleur per paard) of markeer de borstels met een markeerstift. |
|||
|
Rubberen rosborstel Om het groffe vuil te verwijderen. Met een circelvormige beweging wordt het lijf van het paard bewerkt van de hals tot aan de staart. Niet te gebruiken op de benen en uitstekende botten (b.v. de heup). Sommige paarden met een dunne huid verdragen deze manier van borstelen niet en ook geschoren paarden vinden het soms niet prettig. |
||
|
Harde borstel Om het groffe vuil te verwijderen. Poets met de haarrichting mee. Niet te gebruiken op de benen en uitstekende botten (b.v. de heup). Sommige paarden met een dunne huid verdragen deze borstel niet en ook geschoren paarden vinden het soms niet prettig. Klop de borstel regelmatig uit op de grond of tegen de muur of verwijder het stof en de haren met de manenkam of rosborstel. |
||
|
Zachte borstel Met een zwiepende beweging veeg je het stof van je paard. Mede geschikt om de benen en het hoofd te borstelen. De staart kun je eventueel ook borstelen met een zachte borstel. Dat levert minder haarverlies op dan kammen of borstelen met een harde borstel. Klop de borstel regelmatig uit op de grond of tegen de muur of verwijder het stof en de haren met de manenkam of rosborstel. |
||
|
Glansborstel Vanwege het speciale haar (b.v. geitenhaar) geeft deze borstel een extra glans. Borstel met de haarrichting mee en maak een zwiepende beweging. |
||
|
Hoevenkrabber De straalgroeven van de hoeven worden schoongekrabt met een hoevenkrabber (van diep naar ondiep). Wees voorzichtig met de straal, deze is erg gevoelig. Maak de straal zelf liever schoon met het borstelje. Met het borsteltje kun je restvuil verwijderen. |
||
|
Manenborstel Het is prettig om vooral lange manen eerst met deze borstel te borstelen voordat je gaat kammen. De meeste knopen zijn er dan al uitgeborsteld. De eerder genoemde harde borstel kun je ook voor dit doel gebruiken. Verwijder het stof en de haren uit de borstel met de manenkam of rosborstel. |
||
|
Staart- en manenborstel Voor het uitborstelen van de manen en de staart. Wees voorzichtig met de staart. Begin met het borstelen aan de onderkant van de staart met de rechter hand en houd met de linkerhand de staart vast net boven het te kammen gedeelte. Borstel op deze manier steeds een stukje meer naar de bovenkant van de staart. Een dikke staart zul je niet in zijn geheel kunnen borstelen. Om het borstelen te vergemakkelijken kun je de staart inspuiten met anti-klit spray. |
||
|
Manenkam Om de manen uit te kammen en om de manen van elkaar te scheiden in strengen voor het vlechten. Kam de staart liever niet met de manenkam in verband met het afbreken van de haren. |
||
|
Zweetmes Door het zweetmes over de huid te halen kun je een groot gedeelte van overtollig vocht verwijderen. Is vooral handig nadat je je paard gewassen hebt. Gebruik het niet over uitstekende botten zoals de heup of op de benen en het hoofd. |
||
|
Poetsblok Verwijdert het overtollige haar (winterhaar), het groffe vuil en de horzeleitjes. Verwijder het vet uit het blokje met de harde borstel. |
||
terug naar boven
| Volgorde | ||
|
• veilig vastzetten • hoeven uitkrabben • evt. een deken afdoen • grof vuil verwijderen met een rosborstel • poetsen met harde borstel (niet de benen en het hoofd) • poetsen met zachte borstel • manen en staart uitborstelen • ogen en neus schoonmaken met vochtige spons • anus schoonmaken met (een andere) vochtige spons • evt. spray in de staart voor het soepel maken • evt. wondjes verzorgen Tijdens de hele poetsbeurt ben je alert op wondjes, verdikkingen en alarmerende warmte (vooral aan de benen). |
||
terug naar boven
| Voorbereiding | ||
|
• materiaal klaarzetten • zorg voor een rustige omgeving • verwijder onnodige rommel uit de omgeving • paard goed en veilig vastzetten • draag zelf stevige schoenen en geen loszittende kleding |
terug naar boven
| Vastzetten | ||||
|
Doe je paard een halster om. • leg alles klaar wat je nodig hebt voordat je je paard ophaalt en vastzet • weet of je paard vastzetten gewend is • zet je paard niet te dicht naast andere paarden en/of zorg dat je touw niet al te lang is zodat ze elkaar kunnen bijten of trappen Bind je paard nooit vast aan een deur of hek. Een paard moet ontspannen aan een touw leren staan. Als hij gaat trekken of "hangen" in het touw kan hij schade oplopen aan de nekwervels. Als het touw of halster kapot knapt, kan het plotseling wegvallen van de druk het paard achterover doen slaan, waarbij hij schade aan de rug kan oplopen. |
||||
|
Vastzetten 1: Je bevestigt een touw, voorzien van een paniekhaak, aan het halster. Je zet je paard vast met een paardenknoop. Dit is een knoop die je gemakkelijk los kunt maken als het paard angstig mocht wegspringen of aan het halster gaat "hangen". |
|||
|
Vastzetten 2: Met twee touwen zijdelings aan het paardenhoofd. De zijdelingse en voorwaartse beweging is beter beperkt dan bij de eerder genoemde wijze van vastzetten. |
|||
 |
Vastzetten 3: Als een paard paniekerig is als hij vastgezet wordt, bevestig dan een "strotouwtje" aan de vastzetring en bind daaraan het halstertouw van je paard. Als je paard in paniek raakt, breekt het strotouwtje zodat hij niet kan gaan "hangen" in het touw totdat het halster of de sluiting van het halstertouw het begeeft. Op zo'n moment kan je paard achterover op zijn rug vallen met alle eventuele gevolgen vandien. Deze methode voorkomt de paniek, omdat het paard uiteindelijk weet dat hij makkelijk los kan komen. Hij zal steeds minder vaak aan het touw gaan "hangen". |
|||
 
|
Knoop 2 |
  |
||
|
Paard leren vast te staan Je hebt je paard al geleerd: • mee te lopen aan halster- of leidtouw • je hebt grondwerk met hem gedaan zoals halthouden, omstappen, meelopen enz. Zodat je paard weet wat je van hem vraagt. • je paard kent het wijken voor druk Tips: • oefen het vastzetten na een training zodat je paard zijn frisheid kwijt is • doe het op een voor het paard bekende plaats, zodat hij zich veilig voelt Zet je paard de eerste keer niet vast maar laat het touw door een ring glijden en houdt het uiteinde in je hand. Wanneer je paard gaat trekken, kun je iets toegeven zodat er geen paniek ontstaat. Leer je paard direkt om rustig te staan door hem steeds terug te plaatsen in de basisstand. Laat het dus niet toe dat hij je bijna platdrukt tegen de muur of het hek. Doe dit zeer consequent en vooral rustig. Je gaat van alles doen rondom je paard zodat hij leert rustig te blijven staan in allerlei situaties. Vervolgens hou je hem net als het voorgaande vast en voeg je een strotouwtje toe om het paard te leren de druk te aanvaarden. Mocht hij gaan trekken, dan is het touwtje zo kapot zonder schade aan materiaal of paard. Je paard voelt echter dat het trekken hem niets oplevert omdat je hem alsnog vast hebt. Daarna leer je hem om vast te staan aan een halstertouw en een iets strakker strotouwtje. Als hij gaat trekken, trekt hij het strotouwtje kapot en beseft dat hij alsnog vast staat. |
||||
|
Voertaal: Engels Een erg moeilijke hengst wordt geleerd vast te staan. |
||||
|
Voertaal: Engels Een jaarling wordt voor het eerst vastgezet op een speciale manier waarbij het paard wel druk voelt, maar zich wel terug kan trekken. |
||||
terug naar boven
| Verzorging van de hoeven | |
|
• met de hoevenkrabber de straalgroeven uitkrabben (van diep naar ondiep) • onderkant hoef borstelen met het borsteltje • hoefwand borstelen met harde borstel. Evt. de borstel nat maken of met een natte doek het vuil verwijderen. • controleer op vastzittende steentjes • controleer of de hoefijzers nog goed vaszitten • controleer de hoef op scheurtjes, brokkelen of verkeerde stand • controleer of de hoef warm aanvoelt • controleer de straal op zachtheid en/of een alarmerende vieze geur • controleer of de hoefsmid langs moet komen |
|
|
Naargelang de toestand van de hoef wordt deze ook behandeld met hoefteer, hoefvet of hoefolie. Wees echter zeer terughoudend met deze middelen. Maak de hoeven liever regelmatig nat als ze te droog dreigen te worden en gaan scheuren of brokkelen. Een gezonde straal voelt aan als een gom en behoeft geen verdere verzorging. Een zachte straal wordt vaak ingesmeerd met teer. Een te harde straal smeer je in met hoefvet om scheuren te voorkomen. Bij een paard dat regelmatig in de wei staat zijn deze middelen meestal overbodig. Indien de hoeven in een droge periode te hard dreigen te worden en gaan scheuren of brokkelen, kun je de omgeving van de waterbak nat maken zodat de hoeven zichzelf kunnen verzorgen als het paard gaat drinken. De hoefwand smeer je alleen in met hoefvet als je naar een show, keuring of wedstrijd moet. Het vet houdt n.l. het binnendringen van water tegen en dat is nu net wat je niet wenst. De middelste straalgroeve kan bij sommige paarden erg diep zijn en mede daardoor gevoelig voor rotstraal. Indien je paard gevoelig is voor rotstraal maak je deze groeve regelmatig goed schoon met een wattensaafje en laat je er af en toe een paar druppeltjes betadine-shampoo inlopen. Doe dit alleen indien het echt noodzakelijk is want anders verstoor je de natuurlijke balans van de hoef. |
|
|
Hoeven opnemen • ga zijdelings naast je paard staan met je rug naar de voorkant • zorg dat je paard in evenwicht staat en in staat is om het been op te geven dat je vraagt. Evt. duw je hem even opzij om dat te bereiken. • leg je linkerhand op het lichaam van je paard en laat je hand langzaam langs het been naar beneden en naar de binnenkant van het been glijden tot de vetlok. • vraag je paard zijn hoef op te tillen en stimuleer dat evt. door net boven de vetlok even te knijpen met duim en wijsvinger • ondersteun de hoef met je linkerhand net onder de kroonrand • de hoef netjes neerzetten en niet plotseling loslaten • begin bij de hoef linksvoor, dan linksachter, rechtsvoor, rechtsachter Meer weten......... |
|
terug naar boven
| Borstelen | ||
|
Begin achter de oren met de rubberen of plastic roskam en werk via rug en buik naar achteren aan beide zijden van het paard. Maak stevige draaiende bewegingen om het diepe vuil en de lossen haren aan de oppervlakte te brengen. Niet ieder paard vindt dit prettig dus let op zijn gedrag. Wanneer hij de oren plat gooit of onrustig wordt met de staart, poets je te hard. De roskam gebruik je niet voor het hoofd en de benen van het paard en ook niet op uitstekende botten, zoals de heup, deze delen zijn bij ieder paard te gevoelig. Ook paarden met een dunne huid of geschoren paarden kunnen gevoelig zijn voor deze wijze van borstelen. Vervolgens is de harde borstel aan de beurt om het groffe vuil verder te verwijderen. Poets met de haren mee en ook bij deze borstel is het belangrijk om de gevoeligheid van je paard in de gaten te houden en niet te poetsen op gevoelige plaatsen. Om de laatste restjes vuil te verwijderen en je paard te laten glanzen gebruik je de zachte borstel of de glansborstel. Door een zwiepende beweging te maken verwijder je het stof. Poets met de haarrichting mee. Met deze borstel kun je ook de benen, het hoofd en tussen de voor- en achterbenen poetsen. Voor het hoofd zijn speciale kleinere borstel te verkrijgen. Klop de borstels regelmatig uit op de vloer of tegen de wand. Let wel op of je eigen of andere paarden in de buurt dit wel gewend zijn, want het kan een heftige schrikreactie veroorzaken. Uit de harde en zachte borstel kun je de haren en het stof verwijderen met de rosborstel of manenkam. Een warm paard laat het vuil en het winterhaar makkelijker los. Om er verzorgd uit te zien moet ook het haar dat uit de oren groeit, bijgeknipt worden. Gebruik hierbij een schaar met afgeronde punten. Neem met de ene hand het oor vast en knijp het voorzichtig dicht zodat de zijkanten tegen elkaar komen. Al de haartjes die daar buiten komen, knip je gewoon af. Nu eventueel nog een laatste poetsbeurt met de schapenwollen handschoen of schapenwol, voor de glans. Ga je naar een show of een wedstrijd kun nog glansspray gebruiken of een doek over de vacht wrijven met een klein beetje babyolie. Beperk het gebruik van de glansspray op de plaats waar het zadel komt te liggen. Dit om schuiven van het zadel te voorkomen. Wil je je paard verder toiletteren? Je paard wassen Toiletteren van de staart, hoofd en de benen Toiletteren en vlechten van de manen |
||
terug naar boven
| Manen en staart borstelen | ||
|
manen • borstel de manen met een harde borstel • kam de menen met de manen kam Staart • stro verwijderen met je vingers • evt. anti-klit aanbrengen • de staart ontklitten met je handen of • de staart voorzichtig borstelen van onder naar boven Stro haal je met je vingers uit de staart en de manen. Neem de staart in je linkerhand en neem met je rechterhand steeds kleine plukjes haar die je ontdoet van stro of ander vuil. Om de staart en/of de manen zo weinig mogelijk te beschadigen en niet te sterk uit te dunnen, wrijf je deze soms in met antiklitmiddel. Als je spray gebruikt, let dan of je paard dat gewend is. Je laat dit ontwarringsmiddel enkele minuten inwerken alvorens de manen en de staart door te kammen met de borstel of manenkam. Doe kleine stukjes staart tegelijk. Begin met een klein stukje uitkammen aan de onderkant van de staart terwijl de linkerhand net boven het te kammen gedeelte de staart vasthoudt om te voorkomen dat je haren lostrekt. (zie video's) Als je het antiklitmiddel niet gebruikt, borstel dan de manen en staart voorzichtig met de zachte borstel, op dezelfde wijze als hierboven beschreven. Staart bijknippen De staart van een paard dient regelmatig bijgeknipt te worden. De paardenstaart hangt ongeveer 8 cm onder de hak. Bijknippen is noodzakelijk om verwondingen te voorkomen wanneer hij op zijn eigen staart gaat staan en om te voorkomen dat er takken in zijn staart blijven hangen tijdens een buitenrit. Wil je je paard verder toiletteren? Je paard wassen Toiletteren van de staart, hoofd en de benen Toiletteren en vlechten van de manen |
||
terug naar boven
| Hoofd en staart verzorgen | ||
|
Hoofd • borstel met een (kleine) zachte borstel met de haren mee • maak de ogen schoon met een zachte vochtige doek of een spons • maak de neus schoon met een spons, ook in de neus • borstel de maantop Anus • ga aan de zijkant van het paard staan en trek de staart opzij • maak voorzichtig de anus schoon met een spons met, eventueel lauw, water |
||
terug naar boven
| Tips | ||
|
• Zorg dat het paard steeds weet waar je bent. Leg je hand op zijn achterhand als je achter het paard loopt. Dit voorkomt schrikreacties. • Let op trapbewegingen van het paard naar vliegen. Leg desnoods een deken over de plaats waar je niet poetst. • Stel het paard gerust en toon hem de borstels, laat hem eraan ruiken. Het paard weet dan wat je gaat doen en kan zich ontspannen. • Praat tegen je paard terwijl je hem aan het poetsen bent. Je zachte opgewekte stem, brengt hem tot rust en zijn aandacht blijft bij je. • Is je paard nerveus tijdens het poetsen of kan hij moeilijk stil staan, geef hem dan wat hooi. Dit zorgt wat voor afleiding en houdt hem bezig. Onderbreek af en toe even het poetsen en maak tijd om hem te aaien of hem eens in de manen te knijpen. • Maak nooit bruuske bewegingen maar doe alles kordaat, rustig en ontspannen. • Een paard wil wel eens te bijten, hou zijn hoofd dus in de gaten. • Merk je poetsspullen met een stift zodat je ze terugvindt als je ze ergens achtergelaten hebt. Mogelijke schrikmomenten of irritaties zijn: • poetsen onder de buik • het hoofd poetsen • laten vallen van een borstel • het wegtrekken van een slang • onverwachte bewegingen van de poetser • oren knippen, vooral het geluid van de schaar • schoon maken van de anus of koker • het paard vastzetten aan een te lang touw waardoor zijn hoofd onder het touw komt • veel vliegen • een spuitbus |
||
terug naar boven
| Dressuuroefeningen in zakformaat | |
|
Wil je verschillende dressuuroefeningen in een handig boekje? Een leuk geschenk voor jezelf, je vriend(in) of familielid. Lees meer ............ |
| Springoefeningen in zakformaat | |
|
Wil je verschillende springoefeningen en enkele parcoursschetsen in een handig boekje? Een leuk geschenk voor jezelf, je vriend(in) of familielid. Lees meer ............ |
terug naar boven