Website vergroten/verkleinen: cltr-knop + scrollen


Opstelling hindernissen
voorbeelden met springlijntjes


      Oefening 1
      Oefening 2
      Oefening 3
      Oefening 4
      Oefening 5
      Oefening 6
      Oefening 7
      Oefening 8
      Oefening 9
      Oefening 10
      Oefening 11
      Oefening 12
      Oefening 13
      Oefening 14
      Oefening 15





Inleiding

Iedere opstelling kun je verticaal en of horizontaal spiegelen zodat een geheel nieuwe opstelling en te springen lijntjes ontstaan.
De te springen lijntjes kun je ook in omgekeerde volgorde springen.
Bouw de hindernissen naar wens in een kruisje, steilsprong of een oxer of leg de balkjes op de grond. Triples en waaiers kunnen niet van twee kanten gesprongen worden.


• zorg dat de hindernissen van beide kanten gesprongen kunnen worden door aan beide kanten een grondbalk voor de hindernis te leggen.
Leg de balken van de oxer voor en achter even hoog.
• iedere opstelling biedt meer mogelijk te springen lijntjes. Wees fantasierijk en bedenk ze zelf
• uiteraard heb je je paard warm gereden voordat je start met springen
• spring je paard in over een enkel sprongetje
• ga eerst inspringen met eenvoudige sprongen en lijnen voordat je de moeilijke lijnen gaat rijden
• afstanden tussen sprongen zijn anders wanneer je draaft of galoppeert
• als je een combinatie van steilsprong en oxer van twee kanten springt, moet je de afstanden aanpassen of je galopsprongen vergroten/verkleinen

Afstanden
afstand tussen de hindernissen = het aantal galopsprongen x galopsprong van jouw paard (gemiddeld 3.50 m.) + 3.00 m. (bij een hoogte van ongeveer 1 meter)

Kijk voor de gemiddelde afstanden tussen de hindernissen bij: Afstandstabel





Je kunt aan één staander meerdere lepels hangen. Een vierkante staander leent zich slechts om de hindernissen in een hoek van 90 graden op te bouwen. Bij staanders van rond ijzer/kunststof heb je meer mogelijkheden. Er zijn combinaties van staanders met lepels te krijgen die je in elke gewenste hoek ten op zichte van elkaar kunt ophangen.
Let op dat er verschil in hoogte ontstaat door het op elkaar hangen van de lepels.


Leg nooit een balk op een andere balk!


terug naar boven

Springoefening 1
       

terug naar boven

Springoefening 2
       

terug naar boven

Springoefening 3
       

terug naar boven

Springoefening 4
       

terug naar boven

Springoefening 5
       

terug naar boven

Springoefening 6
       

terug naar boven

Springoefening 7
       

terug naar boven

Springoefening 8
       

terug naar boven

Springoefening 9
       

terug naar boven

Springoefening 10
       

terug naar boven

Springoefening 11
       

terug naar boven

Springoefening 12
       

terug naar boven

Springoefening 13
       

terug naar boven

Springoefening 14
       

terug naar boven

Springoefening 15
     

Begin deze oefening met de balkjes op drafafstand en draaf het rijtje links- en rechtsom.
Leg dan de balkjes op galopafstand en evenzo links- en rechtsom in galop.
Maak drie hindernissen met balkjes ertussen en ervoor.
Verwijder vervolgens de balkjes tussen de hindernissen.
Spring af en toe de andere hindernissen voor de ontspanning en het ritme.