Website vergroten/verkleinen: cltr-knop + scrollen


Koliek






Wat te doen?

Symptomen
De symptomen zijn soms overduidelijk en soms bijna niet te herkennen.

• algehele rusteloosheid
• schrapen
• uitrekken
• vaak aandrang tot urineren
• trappen naar de buik
• draait hoofd naar flanken om te kijken of te bijten
• optrekken van de buik en lichten van de staart
• geen eetlust
• afname ontlasting
• flemen (optrekken bovenlip)
• herhaald liggen en opstaan of alleen maar willen liggen
• rollen
• versnelde ademhaling met soms kreunen
• verhoogde hartslag
• donker gekleurde slijmvliezen
• soms zweten
• plotseling rustig, sloom en uitputting
• trillen (eerste verschijnselen van shock)


Wat te doen?
• roep onmiddellijk een dierenarts bij ernstige buikpijn
• controleer de mestballen op aard (diarree of erg droog) en hoeveelheid
• houd je paard zo rustig mogelijk totdat de veearts arriveert. Wandelen aan de hand of zelfs een beetje draven aan de longe kan verbetering geven. Overdrijf niet met het lopen maar las ook pauzes in. Stop ermee als er geen verbetering optreedt. Indien de aanval te heftig is, laat je paard dan liggen.
• een paard krijgt geen slag in de darm door te rollen, maar kan natuurlijk al wel een darmverdraaiing hebben, die ervoor zorgt dat het dier (ernstige) koliek heeft met als symptoom zich plotseling laten vallen en rollen. Je mag het paard best met zachte dwang in de benen jagen en wat rondstappen, maar indien dit niet lukt, hoeft het dier niet overeind geslagen te worden.
• indien paard niet kan lopen, voorkom dan dat hij zichzelf kan beschadigen
• verwijder voer en geef geen grote hoeveelheden (koud) water

Aarzel niet om de veearts opnieuw te raadplegen als ongeveer 2 uur na de behandeling geen vooruitgang is geboekt. De oorzaak kan dan ernstiger zijn dan aangenomen.


terug naar boven

Wat is Koliek

Gratis educatievideo ‘Koliek’


Dit is een verzamelnaam voor pijn in de buik. Een koliek kan vari�ren van tamelijk onschuldig tot levensbedreigend. De buikpijn staat niet op zichzelf maar is een symptoom voor een probleem, meestal veroorzaakt door een storing in het spijsverteringssysteem.
1. Valse koliek
Als de oorzaak van de schijnbare buikpijn niets met de spijsvertering te maken heeft. Kan soortgelijke symptomen geven als ware koliek, maar wordt veroorzaakt door problemen met andere organen, zoals de eierstokken, de testikels, de nieren van het paard of ernstig spierbevangenheid. Deze koliek wordt hier niet verder beschreven.
2. Ware koliek
Wordt door een storing in het spijsverteringssysteem veroorzaakt.

Soorten (ware) koliek:
• krampkoliek
• gaskoliek
• verstoppingskoliek
• zandkoliek
• liggingsveranderingen



Krampkoliek
De meest voorkomende vorm van koliek is ongetwijfeld krampkoliek. Er ontstaan dan door verschillende oorzaken sterke krampachtige samentrekkingen van delen van zowel dunne- als dikke darm.
De aanvallen kunnen nogal verschillen in duur en hevigheid. Sommige paarden zijn gevoeliger dan andere en vertonen dan ook regelmatig krampkoliek, ook wel zonder dat dit onderkend wordt. De dierenarts zal deze koliekpatiënt behandelen door een diergeneesmiddel in het bloed te spuiten die de darmen verslapt en de pijn vermindert. Vaak is één injectie afdoende, maar soms is een tweede bezoek van de dierenarts noodzakelijk.

Gaskoliek
Overmatige gasophopingen in met name de dikke darm van het paard zorgen voor een overrekking van de darmwand, een overvulde buik en zodoende voor buikpijn. Wanneer de gasophoping de enige afwijking in het darmkanaal is, is er meestal sprake van milde tot matige koliekverschijnselen. Deze kunnen meestal opgelost worden door het toedienen van darmverslappers/pijnstillers.
Bij notoire luchtzuigers zal de koliek echter regelmatig terugkeren en in ernstige gevallen kunnen deze dieren zelfs vermageren. Er bestaan verschillende methodes om te voorkomen dat deze paarden lucht kunnen zuigen. Deze werken echter niet altijd afdoende. Een "luchtzuigeroperatie" is wettelijk verboden.

Verstoppingskoliek
Verstoppingen (obstipaties) in de blinde of dikke darm zijn na darmkrampen de meest voorkomende oorzaken van koliek. In de wijde darmdelen hoopt voedsel, vooral van ruwvoer en met name stro, zich gemakkelijk op. De voortgang van de voedselbrij stagneert en de massa droogt in en wordt hoe langer hoe harder. De verstoppingen worden in de hand gewerkt door verschillen in diameter van de darmen en de bochtige ligging. Om de verstopping te verhelpen zal de dierenarts het paard laxeren door paraffine met een sonde in de maag te brengen. Soms zijn nog sterkere laxeermiddelen nodig. In afwachting van de werking krijgt het paard zo nodig een pijnstiller.

Zanbkoliek
Dit is een naam voor een koliek die ontstaat door het opnemen van te grote hoeveelheden zand.
Het opgenomen zand hoopt zich op in de dikke darm en kan het koliek veroorzaken en het dier kan ervan vermageren. Dikwijls gaat zandkoliek gepaard met een wisselende samenstelling van de mest. (diarree en gewone mestballen)
De mest die afkomt, bevat de ene keer wel en de andere keer geen zand. Je kunt de mest controleren door het in een emmer of een doorzichtige handschoen te doen met te verdunnen met water. Het zand zakt naar beneden en is na enige tijd zichtbaar in de vingers van de handschoen of op de bodem van de emmer. De dierenarts zal het paard met een zandophoping één of meerdere keren moeten laxeren om het zand af te drijven.

Liggingsveranderingen
Liggingsveranderingen veroorzaken een matige tot zeer ernstige koliek. Wanneer een dergelijk darmprobleem bestaat, kan het na korte of langere tijd een totale darmafsluiting veroorzaken. De darmen achter de afsluiting raken leeg en er zal dan na enige tijd weinig of geen mest meer verschijnen. De darmen vóór de afsluiting raken overvol. Uiteindelijk kan ook de maag overladen raken. Omdat het paard niet kan braken zal er voedsel uit de neus komen. Een paard met een maagoverlading is altijd een ernstig spoedgeval. Wanneer de maag niet snel met een neussonde wordt leeggeheveld, zal de maagwand scheuren en gaat het paard acuut dood.

In een afgesnoerd stuk darm kan er zeer veel vocht ophopen. In zo'n geval zal het paard snel uitdrogen en hierdoor misschien zelfs in shock raken. Het paard zal met infusen behandeld moeten worden, voordat de oorzaak opgeheven kan worden. Door middel van bloedonderzoek kan bepaald worden, wat het paard in zijn infuus nodig heeft. Ook kan er sprake zijn van een uitgebreide gasophoping bij zo'n verplaatst darmdeel. Dit zal soms tijdens een operatie uit de darm gezogen moeten worden.

Meestal kan een liggingsverandering van de darmen alleen operatief worden opgelost. Wanneer er te lang wordt gewacht met ingrijpen, is de kans groot dat er een deel van de darmen niet meer levensvatbaar is en verwijderd moet worden. Hoewel de slagingskans van chirurgisch ingrijpen sterk verschilt per oorzaak, kan in het algemeen gesteld worden dan ongeveer 60% van de koliekpatieëten, deze zware ingreep succesvol doorstaat.


terug naar boven

Symptomen koliek
       

Bron:
meerdere sites


Bron:
www.wpamc.com


Bron:
trialsofaucdvetstudent
.blogspot.nl



Bron:
www.abec.net.au


De symptomen zijn soms overduidelijk en soms bijna niet te herkennen. Leeftijd en ras zijn van invloed op de uiterlijke verschijnselen; Koudbloeden en Friezen vertonen vaak minder koliekverschijnselen dan warmbloedpaarden.

• algehele rusteloosheid
• schrapen
• uitrekken
• vaak aandrang tot urineren
• trappen naar de buik
• draait hoofd naar flanken om te kijken of te bijten
• optrekken van de buik en lichten van de staart
• geen eetlust
• afname ontlasting
• flemen (optrekken bovenlip)
• herhaald liggen en opstaan of alleen maar willen liggen
• rollen
• versnelde ademhaling met soms kreunen
• verhoogde hartslag
• donker gekleurde slijmvliezen
• soms zweten
• plotseling rustig, sloom en uitputting
• trillen (eerste verschijnselen van shock)


Bron:
www.pferde.de


Bron:
www.abec.net.au


Bron:
en.wikivet.net


terug naar boven

Mogelijke oorzaken

Algemene oorzaken
• verkeerde voeding, zowel qua kwaliteit (bedorven, berschimmeld) als samenstelling (te veel krachtvoer, te weinig ruwvoer, verstoring fermentatie in blinde en dikke darm)
• voerveranderingen
• met de voeding opnemen van zand
• slecht kauwen door gebitsproblemen
• maagdarmwormen zoals de grote bloedworm
• liggingsveranderingen van darmen
• darm- of buikvliesontstekingen
• tumoren


Krampkoliek
• plotselinge verandering van voeding of teveel voeding
• te snelle afkoeling b.v. door het drinken van te koud water na zware inspanning, regen of kou
• schade door migrerende wormenlarven
• stress door reizen of verandering van omgeving
• te grote hoeveelheid magnesium en fosfor
• worminfecties


Bron:
www.t-k-j.de

Gaskoliek
• gisting van voedsel in de darm
• veelvuldig luchtzuigen
• een bijkomend verschijnsel bij bijvoorbeeld een darmdraaiing
• niet kunnen afvoeren van gassen
• eten van te energierijk voer
• verstopping


Bron:
www.abec.net.au

Verstoppingskoliek
• slecht kauwen door een slecht gebit
• eten van veel stro
• te weinig water of slecht drinken
• veel vochtverlies door zweten
• verplaatsing darm


Bron:
http://www.vetnext.com

zandkoliek
Eten van grote hoeveelheden zand of grond:
• pony's die in de winter en in het vroege voorjaar op kale weitjes lopen. Deze dieren blijven grazen en trekken het gras met wortel en al uit de grond.
• in een kale wei wortels (van kweekgras) opgraven en opeten
• voeren van niet schone bieten en wortelen
• hooi vervuild met zand van molshopen
• zand eten in de paddock
Het paard graaft met de voorbenen gaten en gaat likken. Het eten van zand kan diverse oorzaken hebben zoals verveling, soms kan de oorzaak gevonden worden in de voeding.
Lees meer ............


invaginatie
Bron:
www.journals.tums.ac.ir

torsio
Bron:
www.ocw.tufts.edu

hernia
Bron:
www.ocw.tufts.edu

Liggingsveranderingen

invaginatie
Het in elkaar schuiven als een stok van een stuk darm

torsio
Het omdraaien en zo eventueel afsnoeren van een darmdeel

hernia
Het verstrikt raken van een darmdeel in een gaatje in de ophangband van de darm, in het lieskanaal of in de navelpoort

ischemia (verminderde bloedtoevoer)
Veroorzaakt door uitdroging, blokkade van een bloedvat, of het bekneld raken van een bloedvat.

entrapment
Het vasthaken van een darmdeel over het bandje tussen milt en nier

displacement
Het verplaatsen van een groot darmdeel naar een andere plaats in de buikholte

strangulatie
Het om een darmdeel heen slingeren van bijvoorbeeld een vetbult (lipoom) met een lange steel


foramen-
entrapment
Bron:
www.vetmoves.com

ischemia
Bron:
www.vet.utk.edu

strangulatie
Bron:
www.endellequine
hospital.co.uk


Toelichting Gaskoliek
In de blinde- en dikke darm van het paard vindt de vertering plaats door middel van de ter plekke aanwezige bacteriën (fermentatie). Eén van de grootste oorzaken van gaskoliek is dat er te veel (licht verteerbare) koolhydraten (o.a. fructaan) in de dikke darm terecht komen. Het voer wordt niet volledig verteerd en gaat gisten waardoor gas gevormd wordt.

Vertering koolhydraten
Al naar gelang de complexiteit van de koolhydraat worden ze verschillend verteerd.
- De eenvoudige suikers zijn zeer licht verteerbaar en worden in de maag en dunne darm verteerd en in de dunne darm opgenomen in het bloed.
- de meer complexe koolhydraten worden via een omweg verteerd. Zij worden door speciale bacteriën in de blinde en de dikke darm afgebroken en daarna geabsorbeerd.
- de structuurgevende koolhydraten zijn zwaar tot niet verteerbaar en worden ook door de speciale bacteriën in de blinde en de dikke darm afgebroken en daarna geabsorbeerd.

Te snelle verandering van voer
De verschillende bacteriën in de dikke darm zijn hoog gespecialiseerd op de verschillende koolhydraten, die de dikke darm bereiken. Al naar gelang de samenstelling van het voer verandert de samenstelling van de bacteriënflora in de darm.
Dit is een bijzonder kwetsbaar evenwicht. Wordt door een te snelle verandering van de samenstelling van het voer de darmflora overvraagd, ontstaan er storingen in de spijsvertering omdat de bacteriënflora zich niet zo snel kan aanpassen. Het voer wordt niet volledig verteerd en gaat gisten waardoor gas gevormd wordt.

Te veel licht verteerbare koolhydraten
De dunne darm kan deze niet verwerken waardoor ze in de blinde- en dikke darm terecht komen. Daar horen ze niet thuis omdat de darmflora niet is ingesteld op het opnemen van licht verteerbare koolhydraten. Het voer wordt niet volledig verteerd en gaat gisten waardoor gas gevormd wordt.

Te veel voedsel in korte tijd
De maag van het paard is relatief klein. Wanneer er teveel aanbod van voedsel is in een te korte tijd, wordt de maaginhoud te snel doorgevoerd naar de dunne darm. Het zure maagsap doodt normaal gesproken de in het voedsel aanwezige bacteriën, wat nu niet voldoende is gebeurd waardoor de overgebleven bacteriën voor gasvorming zorgen.


terug naar boven

Diagnose koliek

Het is belangrijk snel waar te nemen hoe ernstig de koliek is om vast te stellen of het paard beter naar een kliniek gebracht kan worden. Haast is dan geboden!
De juiste dianose van koliek is meestal niet te achterhalen. Het is een optelsom van de symptomen en de anamnese die bepalend is voor het handelen van de veearts.

Anamnese
• is het een merrie (drachtig?), hengst of ruin
• wat is de leeftijd van het paard?
• hoelang heeft het paard koliek
• komt er nog mest of winden af
• wat heeft het paard gegeten en gedronken
• wanneer voor het laatst ontwormd
• staat hij/zij op zand of wat voor een strooisel
• zijn er rantsoenveranderingen geweest
• wat voor werk heeft het paard recent gedaan
• al eerder koliek gehad en hoe is dat verlopen


Hartfrequentie De hartslag neemt toe met het verergeren van de koliek, gedeeltelijk veroorzaakt door pijn, maar hoofdzakelijk vanwege beperkte circulatie. Bij een toename van de hartfrequentie is een operatie te overwegen. Het rood verkleuren van de slijmvliezen wijzen tevens op het verslechteren van de situatie en het blauw verkleuren van de slijmvliezen indiceren een kleine kans op genezing.

Mestonderzoek
De hoeveelheid geproduceerde mest en de samenstelling kunnen helpen bij de diagnose. Hoewel als de problemen op een relatieve afstand van de anus plaats vinden, worden veranderingen eerst niet waargenomen. Op de plaatsen in de darmen waar zandkoliek het meeste voorkomt, of als de anamnese een mogelijke zandkoliek aannemelijk maakt, kan de mest worden onderzocht op aanwezigheid van zand. Dit kan in eerste instantie op zicht maar ook het laten bezinken van het zand met de mest in een emmer water of een doorzichtige handschoen. Het zand zinkt en is na enige tijd voelbaar in de vingers van de handschoen of op de bodem van de emmer.

Auscultatie
Het beluisteren van de buik kan bruikbare informatie opleveren. Toegenomen geluiden van de ingewanden kunnen een aanwijzing zijn voor darmkrampen. Een afname van geluiden of geen geluid kunnen een aanwijzing zijn voor serieuze problemen.

Rectaal onderzoek
(herhaald) Rectaal onderzoek is de hoeksteen van de diagnose van koliek. Vele condities van de darmen kunnen gediagnosticeerd worden alleen al door dit onderzoek. Soms kunnen opgezette kleine lussen van de darmen worden waargenoemen wat een belangrijk onderdeel vormt voor de beslissing of een operatie nodig is. De wel of niet aanwezigheid van mest en de consistentie van de mest kunnen een aanwijzing zijn voor een diagnose.

Opgezette buik
Iedere vorm van een abnormaal opgezette buik is bij koliek meestal een aanwijzing voor een probleem in de dikke- of blinde darm. Het opzetten van de dunne darm is meestal niet groot genoeg om waar te kunnen nemen.

Neussonde
De neussonde speelt een rol in de fysieke verbetering van het paard als wel voor de diagnose. Vocht kan langs deze weg door de maag terugvloeien. Een toename van vocht is over het algemeen een resultaat van het terugstuwen van vocht door de darmperistaltiek, veroorzaakt door een verstopping verderop in de darmen. Deze bevinding is belangrijk omdat het een relatief vergaande stadium van de koliek aangeeft. Therapeutisch gezien is het afvoeren van overvloedig vocht belangrijk om het scheuren van de maag te voorkomen, wat meestal fataal is. (paarden kunnen niet overgeven)

Laboratorium onderzoek
Laboratoriumtesten kunnen toegepast worden om de cardovasculaire toestand van de patient te controleren. (Herhaalde) afname en controle van het bloed geven een beeld van de toestand van je paard.

Buikpunctie
Het afnemen van vocht van het buikvlies kan bruikbaar zijn om de staat van de darmen vast te stellen. Een bloederig vocht is een indicatie voor een infarct (afsterving van weefsel ten gevolge van verstopping van een ader of slagader) en dan is een operatie meestal gewenst. Een troebel vocht wordt verdacht van een toegenomen aantal witte bloedcellen, wat een aanwijzing is dat de koliek in relatief vergaande staat is. Het proteïneniveau van het buikvocht kan onderzocht worden en kan ook informatie geven over de aantasting van de bloedvaten van de darmen.


terug naar boven

Behandeling koliek

neussonde
Bron:
www.tierarzt-
schubert-remscheid.de



De behandeling is afhankelijk van de ernst en oorzaak van de koliek.
• vaak wordt het paard een pijnstiller en darmontspannend middel (bijvoorbeeld buscopan compositum) toegediend. Dit gebeurt middels een intraveneuze injectie.
• rectaal onderzoek, maar hiermee kan slechts het eerste deel van de darm (van de 30 meter totaal) onderzocht worden.
• een neussonde bij ernstige verschijnselen om te kijken of er maagovervulling is. Via de sonde kan de maaginhoud eruit komen (een paard kan niet braken).
• paraffine toedienen als laxeermiddel bij verstoppingskoliek. Dit gebeurt ook middels een neussonde. Na de neussonde kan het paard een bloedneus krijgen, dit is niet ernstig.
• operatie bij zeer ernstige koliek. In deze gevallen is er vaak sprake van liggingsverandering van de darmen of een verstopping.


Opname in paardenkliniek

Intake:
• is het een merrie (drachtig?), hengst of ruin
• wat is de leeftijd vana het paard?
• hoelang heeft het paard koliek
• komt er nog mest of winden af
• wat heeft het paard gegeten en gedronken
• wanneer voor het laatst ontwormd
• staat hij/zij op zand of wat voor een strooisel
• zijn er rantsoenveranderingen geweest
• wat voor werk heeft het paard recent gedaan
• al eerder koliek gehad en hoe is dat verlopen
• wat heeft de dierenarts thuis al gedaan etc.

Eventueel onderzoek:
• een rectaal onderzoek
• een neussonde
• een buikpunctie geeft informatie over de ernst van de situatie: het vocht uit de buikholte is dan bruinig en stroperig.
• bloedonderzoek

Op basis van al deze vragen en onderzoeken geeft de dierenarts aan of een operatie noodzakelijk is. Bij één op de honderd paarden is een operatie nodig om zijn leven te redden. Naast het risico van de narcose kost een operatie met alle nazorg duizenden euro's. Veel keus is er echter vaak niet.

Operatie:
Tijdens de operatie bekijkt de chirurg het hele darmenpakket van het paard. Eventuele verstoppingen worden opgelost, en de darmen worden weer in hun juiste positie teruggebracht. Soms blijkt tijdens de operatie dat een gedeelte van de darm is afgestorven. Vaak betekent dit dat het paard niet meer te redden is. Heel soms wordt het afgestorven deel verwijderd, waarna de gezonde delen aan elkaar worden gezet. Gedurende de operatie, als de darmen uit de buikholte zijn, wordt vocht en een middel tegen verklevingen over de darmen gegoten.


Nazorg
Na de operatie blijft het paard enkele dagen in de kliniek, waar het goed in de gaten gehouden wordt. Het krijgt pijnstillers, antibiotica en de eerste dag een infuus. Als het naar huis komt, moet je paard de eerste 4-6 weken bijna volledige (box)rust krijgen. Als het herstel voorspoedig verloopt, kan je paard na 6 maanden pas weer normaal gebruikt worden.

Eventuele complicaties
• een been breken bij het opstaan uit de narcose
• ontsteking of gedeeltelijke opening van de operatiewond
• uitblijven van het op gang komen van de normale darmwerking (vooral als er een stuk darm is verwijderd)
• hoefbevangenheid
• verklevingen van de darmen


terug naar boven

Voorkomen koliek

• ten alle tijde vers drinkwater ter beschikking
• houd de wormen onder controle
• vermijd plotselinge verandering in het voedselrantsoen of het tijdstip van voeren
• regelmatig beweging
• niet op te schrale wei laten lopen i.v.m. het opnemen van zand en grond
• laat geen hooi eten vanaf het zand om opname van zand te voorkomen. Voer het hooi vanuit speciale kisten of i.d.
• ruim ruwvoer voor een gezonde spijsvertering
• nooit meer dan anderhalve kilo krachtvoer per voerbeurt geven! Meer kan er wel in, maar wordt niet goed verteerd
• geef het kracht- en ruwvoer verspreid over de dag in zoveel mogelijk kleine porties
• regelmatig gebitscontrole
• voorkom het eten van erg veel stro
• controleer mest regelmatig op de aanwezigheid van zand


Zand eten
Zand eten kun je voorkomen door jouw paard niet op al te kale weides te laten grazen. Loopt je paard dagelijks een paar uur in de paddock, voer dan buiten ook wat hooi aan je paard, zodat hij continu wat te eten heeft en niet uit verveling zand gaat eten. Als jouw paard snel dik wordt, geef dan hooi met veel stengels erin, daar zit minder voeding in. Je kunt het hooi ook voeren vanuit speciale kisten met een net of gaas eroverheen zodat hij langer bezig is met eten.

Om erachter te komen of jouw paard teveel zand binnenkrijgt, kun je een paar keer per jaar een zandtest doen. Los 5 of 6 mestballen op in een afwasteiltje. Als er na een uur meer dan een theelepel zand op de bodem ligt, is de kans groot dat de hoeveelheid zand in de darmen van jouw paard tot verstopping en koliek kan leiden. Raadpleeg bij twijfel altijd je dierenarts. Door je paard regelmatig extra voeding te geven dat is gericht op een goede vertering, komt er een beschermende laag in de darmen waardoor zand minder gemakkelijk ophoopt en steeds voldoende wordt afgevoerd.

Er zijn voedingssupplementen in de handel die het verplaatsen van het aanwezige zand in de darmen kan bevorderen.

1. Voorkom verveling
Zorg dat je paard voldoende hooi of gras tot zijn beschikking heeft. Dit voorkomt verveling en een hongergevoel.

2. Extra mineralen
Soms eten paarden zand, omdat ze een mineralentekort hebben. Dit kan tijdens een periode van lagere weerstand zijn.

3. Voorkom een schrale weide
Een paard in een kale weide zal meer zand binnen krijgen dan in een gewone weide. Zet een stukje van de weide af en wissel de paarden regelmatig. Als je niet voldoende weiland tot je beschikking hebt, zet je paard dan dagelijks een paar uur in de paddock.

4. Hooi in de paddock
Als een paard niet kan grazen geef hem dan hooi, zodat hij toch wat te doen heeft. Geef dit hooi niet op een zanderige ondergrond. Je kunt het hooi voeren vanuit speciale kisten met een net of gaas eroverheen zodat hij langer bezig is met eten.

5. Muilkorf
Sommige paarden blijven happen met zand eten als ze de kans krijgen. Je kunt dan een graaskorf omdoen. Omdat het paard met de muilkorf ook nog zand kan scheppen kun je er een emmertje indoen waarin je gaten maakt vooral bij de neus. Tussen de muilkorf en het emmertje leg je op de bodem een stuk rubber (met een gat erin voor de lucht) zodat je paard niet meer met zijn mond bij het zand kan komen.
Gevolgen dragen graasmasker:
• paard kan zich in het koppel slecht verdedigen
• paard kan niet meer (of moeilijk) drinken uit automatische drinkklep
• paard kan niet meer likken aan likblok of voedsel toch zich nemen
• sociaal gedrag wordt beperkt, zoals b.v. aan elkaars manen krabbelen
• beperking krabben bij jeuk en bijten naar vliegen
Let wel: je doet op deze wijze aan symptoombestrijding. Het is dus een voorlopige maatregel zodat je kan gaan zoeken naar de oorzaak.


terug naar boven

Dressuuroefeningen in zakformaat
dressuurboekje
Wil je verschillende dressuuroefeningen in een handig boekje?
Een leuk geschenk voor jezelf, je vriend(in) of familielid.

Lees meer ............

Springoefeningen in zakformaat
springboekje
Wil je verschillende springoefeningen en enkele parcoursschetsen in een handig boekje?
Een leuk geschenk voor jezelf, je vriend(in) of familielid.

Lees meer ............


terug naar boven